24 januari 2022

Inleiding

 

Voorwoord.
Een aanwijzing om je zelf of familie te vinden is: tak Raalte is VII, 36 t/m 54; tak Mastenbroek is VIII, 1 t/m 8; tak Wieringermeer is VIII, 9 t/m 13; tak Wijhe is VIII, 14 t/m 19; tak Hattemerbroek is VIII, 20 t/m 73.
Of andersom: nazaten aan (in) de takken Mastenbroek, Wijhe en Wieringermeer stammen af van Berend (IV,1) en nazaten aan (in) de takken Hattemerbroek en Raalte stammen af van Antoni (IV,3).

Gebruikte bronnen zijn:
DTB's (doop-, trouw- en begravenisboeken), RA's (Rechterlijke archieven) en andere beschikbare bronnen uit Zwolle, Zwollerkerspel, Wijhe, Olst, Raalte, Dalfsen, Vilsteren en Kampen. Het betreft hier voornamelijk de regio tussen IJssel en Vecht, ten zuid-oosten van Zwolle, welk gebied toen hoofdzakelijk katholiek was. (Ten westen van de IJssel (de Veluwe) en ten noorden van de Vecht woonden hoofdzakelijk protestanten).

Veel hulp heb ik gehad van:
1.Wijlen Jan Rientjes, genealoog te Zwolle, m.b.t. de informatie uit de RA's over onze voorouders te Westenholte uit de periode vóór en rond 1800.
2. Ria van Bessen en Jettie, eveneens ervaren genealogen verbonden aan het HCO te Zwolle, voor het hele onderzoek. En in dec/jan 2018/19 nog wat aanvullende informatie van Janny.
3. Informatie over Van Dammen die rond 1800 woonden in de omgeving van Olst en Wijhe en speciaal in het buurtschap "Duur", waar ook de erven "Grooten Dam" en "Kleinen Dam" lagen, heb ik ook verkregen van H. Hofstede-Schotman, genealoog te Wijhe.
4. Informatie over de Vreugderijkerwaard heb ik kunnen verifiëren en aanvullen met gegevens van J.M. van Orden-Oldenhof uit haar onderzoek "Lief en leed op Vreugdenrijk"; aangevuld met informatie van Annemarie Forster-Boerkamp, nazaat van Willem Mulder (V,3a) en Hendrika Kroes.

Neven en nichten die gegevens hebben aangeleverd, speciaal over de tak waartoe zij behoren, zijn:
Jan van Dam (VII,54), nazaat van de tak Raalte;
Henk van Dam (VIII,3), nazaat van de tak Mastenbroek;
Theo van Dam (VIII,13) en Judith van Dam (IX,21), nazaten van de tak Wieringermeer;
Ben van Dam (VIII,19), nazaat van de tak Wijhe;
Jos van Dam (VIII,64), nazaat van de tak Hattemerbroek.
Jos heeft veel aanvullend onderzoek gedaan naar pastoor Joannes (IV,4) uit Hoonhorst en over Antonie (IV,3), Frederikus (V,8) en nog anderen uit Veecaten, Kamperveen en Kampen.

Inleiding.
Bij het stamboomonderzoek kwamen de volgende aspecten naar voren, die vooraf vermeldenswaard zijn:
1. Onze voorouder Berend van Dam (II,1) kwam ten tijde van zijn huwelijk uit Hessum (tussen Dalfsen en Vilsteren), aan de Overijsselse Vecht. Na zijn huwelijk heeft hij de achternaam Van Dam aangenomen en is daarmee de stamvader van onze stamboom.
In Overijssel/Salland (ook in Zwolle) kwamen veel Van (Ten en Te) Dammen voor, die geen familie waren.
Er waren bij Wijhe, in het buurtschap "Duur" in die tijd twee erven "Dam". De erve "Den Grooten Dam" was in 1751 in het bezit van ene Geerlig van Dam. Erve "Den Kleinen Dam" was in 1807 eigendom van ene Gerrit Willems van den Dam. Erve "De Weert" (ook in het buurtschap Duur) werd rond 1780 bewoond door ene Gerardus Willems van Dam. En erve "De Wolfskamer" werd begin 1800 bewoond door ene Willem van Dam (bouwman), en rond 1850 door zijn dochter Antonia (Teune). Helaas hebben we geen familierelatie kunnen aantonen tussen Berend en al deze Van Dammen rond Wijhe en Olst.
2. Vanaf het midden van de 18e eeuw tot aan het begin van de 20e eeuw woonden onze voorouders in de IJsselstreek tussen Zwolle en Kampen, in de buurtschappen   Voorst (Westenholte, gemeente Zwollerkerspel) en Veecaten (gemeente Zalk en Veecaten). Het waren zelfstandige landbouwers, die met de naburige bewoners en buurtschappen in hun eigen levensonderhoud voorzagen. Voor kerk en waarschijnlijk ook scholen en voor inkoop van goederen waarin ze niet zelf voorzagen (b.v. werktuigen, kleding, stoffen, enz.), waren ze georiënteerd op de steden Zwolle en Kampen. De afstand tot Zwolle was ± 5 km. Die afstand werd in die tijd nog te voet afgelegd. Dagelijks door de schoolgaande kinderen, 's morgens 5 km heen en 's middags weer 5 km terug lopen. Op zondag ook 2x5 km heen en terug naar de kerk. En regelmatig naar de weekmarkten in Zwolle of Kampen. Alles te voet.
3. In de eerste 5 generaties vonden veel Van Dammen hun partner/echtgenote in het gebied ten zuidoosten van Zwolle (Wijhe, Dalfsen, Wijthem, Raalte en Herfte). De reden daarvoor was dat ten noordwesten van Zwolle, het gebied aan de IJssel tussen Zwolle en Kampen, weinig katholieken woonden.
4. De kinderen van Jan van Dam Meenteboer (III,1) waren na 1850, in de periode waarin in Nederland weer RK parochies werden opgericht en nieuwe RK kerken werden gebouwd, intensief betrokken bij deze activiteiten. Zo was Antonie (IV,3) vanaf 1858 nauw betrokken bij de oprichting van de parochie en eerste RK kerk in IJsselmuiden. Hij was daarvan ook de eerste penningmeester en 27½ jaar kerkmeester. Pastoor Joannes (IV,4) werd zelfs in 1856 benoemd tot bouwpastoor van de nieuwe RK kerk te Hoonhorst, die op 12 mei 1858 werd ingewijd. En hun zus Johanna (IV,5) heeft geld en grond geschonken voor de bouw van de eerste RK kerk en lagere school te Hattemerbroek, ook in 1858.
5. Alle Van Dammen waren grote paardenliefhebbers, die niet alleen paarden hielden voor de uitoefening van hun boerenbedrijf. Zij hielden vaak ook meerdere paarden puur uit liefhebberij.
6. Enkele statistieken over de stamboom zijn:
a. Over de generaties II t/m VII zijn precies 100 jongens en 102 meisjes geboren.
b. De top 3 voor jongensnamen is: Johannes 14x, Antonius 10x, Bernardus 9x. En voor meisjes: Johanna 12x, Maria 11x, Hendrika 10x.
c. Over de generaties II t/m VI waren de gemiddelde leeftijden bij overlijden: II (1725-1770) = 45 jr; III (1755-1805) = 49 jr; IV (1800-1895) = 69 jr; V (1830-1915) = 43 jr en VI (1860-1980) = 37 jaar. Vooral tussen 1830 en 1900 zijn  veel pasgeborenen, jonge kinderen en jong volwassenen overleden.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten